De Gelderse familie Staring bezit twee zilveren muntstukjes die de tot slaaf gemaakte tiener Damiaan Hugo Staring (1736-1783) in 1752 als slavenloon heeft ontvangen. Damiaan is op de Bringenborg in Gendringen geboren als zoon van dominee Antonij Staring en Anna Christina Lucretia Ver Huell. Voorbestemd tot een carrière op zee vertrekt de 15-jarige adelborst Damiaan in 1751 aan boord van Het Huys in ‘t Bosch naar de Middellandse Zee. Na schipbreuk aan de Marokkaanse kust wordt de bemanning gevangen genomen, tot slaaf gemaakt en tewerkgesteld in achtereenvolgens Tétouan en Fez. Na onderhandelingen ‘om te bewerken de herstelling van de Vreede tusschen den Keizer van Marokko […] en 250 Hollandische Slaaven af te lossen voor 130.000 Ryksdaalders is 325.000 Guldens Hollands Geld’ is Damiaan weer vrij. Hij neemt als aandenken de kleine zilveren muntjes, ‘blankieljes’, mee terug naar Gendringen.