Historische Achtergrond
De Haarlemse economie was (letterlijk) verweven met de koloniën, omdat de textiel uit Haarlem een belangrijk ruilmiddel in de slavenhandel was. De Haarlemse elite was betrokken bij de slavenhandel en het koloniaal bestuur. Bestuur en economisch gewin was verstrengeld in de vroegmoderne tijd. De Haarlemse bestuurder Ruyghaver op het Fort Elmina in het huidige Ghana, hield toezicht op de slavenhandel en had ook een eigen handel in citroensap. Haarlemmers belegden hun geld in aandelen van compagnieën die in slaven handelden en waren eigenaar van plantages. In 1863 bij de afschaffing van de slavernij werden 21 Haarlemse eigenaren van (aandelen in) plantages ‘gecompenseerd’ door het ministerie van Financiën voor ‘verlies aan eigendom’ – 300 gulden per slaaf. In Haarlem woonden vrijgekomen slaven en ook abolitionisten.
Sporen
Er is een stadsroute gepresenteerd door vier initiatiefnemers – Bureau Discriminatiezaken Kennemerland, het Noord-Hollands Archief, bureau Cultuursporen en Intercultural Museum Heritage Projects (IMHP) – evenals diverse andere culturele evemenenten. Luister de audiotour hier.
Vlakbij Haarlem getuigen buitenplaatsen van de aanwezigheid van Amsterdamse regenten en handelaren, die zich ook met slavenhandel en koloniale slavernij bezig hielden.
Benieuwd naar slavernij erfgoed in andere Nederlandse regio’s? Bekijk onze overige kaarten.