Deze voormalige pakhuizen van de West-Indische Compagnie vormen één geheel met het West-Indische Huis. In de 18e eeuw werd de suikerraffinaderij De Ossekop verplaatst naar deze pakhuizen. In deze pakhuizen werd suiker opgeslagen door de WIC. De suiker werd door tot slaafgemaakte mensen verbouwd op plantages in het Atlantische gebied en vervolgens door de schepen van de WIC vervoerd naar o.a. Dordrecht.
De oogst van het suikerriet gebeurde in een periode van zes maanden waarin er 24 uur per dag gedwongen arbeid werd verricht. Het kappen van suikerriet ging vaak gepaard met verwondingen door de scherpe bladeren. Het sap van het suikerriet werd gekookt in grote ketels en ingedikt waardoor er ruwe suiker overbleef. Bij het koken van het sap kregen tot slaafgemaakte mensen regelmatig brandwonden. Door deze enorme zware arbeid was de sterfte onder tot slaafgemaakte mensen erg hoog.
Bronnen tekst
- Reisig, J.H. (1793). De Suikerraffinadeur; of Volledige Beschrijving Van Het Suiker: Deszelfs Aankweking, Bereiding en Verzending, Met de Opgaave Der Verschillende Bewerking, Molens, Fabrieken Enz. in en Buiten Europa. A. Blusse.
- Sigmond, K. e.a. (2013). Een zoete belofte. Suikernijverheid in Dordrecht (17e-19e eeuw). Vereniging Oud-Dordrecht
Bronnen afbeeldingen
- Foto pand gemaakt door fotograaf Laura Ramirez.
- Foto stookhuis uit J.H.Reisig (1793).