Nadat de slavernij in 1838 in de Kaap werd afgeschaft hadden veel bevrijde mensen moeite om werk en een fatsoenlijk inkomen te vinden. Dit was wereldwijd een veelvoorkomend probleem voor voormalige tot slaafgemaakten in de koloniale tijd. In Kaapstad zochten mensen hun heil in straatverkoop, waaronder het verkopen van bloemen. Dit waren vooral vrouwen uit Constantia en Protea Village. Meer dan een eeuw lang verkochten ze hier kruiden en allerlei bloemen, van fynbos tot exotische soorten. Hun marktplaats bevond zich op dezelfde plek waar in april 1652 de Compagniestuin werd begonnen. De voormalige Commercial Exchange stond aan de overkant van Parliament Street en huisvestte de Cape of Good Hope Philanthropic Society die tot doel had ‘verdienstelijke slaven en slavenkinderen te helpen hun vrijheid te kopen’ (zie nr. 33). Deze vereniging, die in 1828 werd opgericht, beoogde een einde maken aan de slavernij en streefde naar een overgang van een op slavernij gebaseerde naar een vrije samenleving op de Kaap.
Bronnen
- Boehi, Melanie. (2022). Arrangements for an African Anthropocene: Multispecies Storytelling at the Adderley Street Flower Market in Cape Town, in Multispecies Storytelling in Intermedial Practices edited by Ida Bencke and Jørgen Bruhn. Santa Barbara: Punctum. 151-173.