De naam van dit witte, monumentale huis aan Oudegracht 18 is ‘De Moriaan’. Als u naar boven kijkt, ziet u de daklijst met daarop deze naam geschilderd. Al in 1589 was er op deze locatie een bord met de aanduiding ‘Moriaenshooft’. De betekenis van deze term wordt nader besproken bij de console beneden op de werf en bij de Jacobikerk even verder op de route. Sinds 1676 is ‘De Moriaan’ bekend als de naam van dit huis.
Dit huis was voorheen een apotheek of drogisterij. Waarschijnlijk was een zwarte gaper in gebruik als aanduiding voor de zaak. In Nederland is een gaper het symbool voor apotheken. Aangezien de geneeskunst uit het Midden-Oosten afkomstig is, dragen gapers vaak een tulband. Geneesmiddelen met een verre herkomst waren het meest geliefd, zoals de dichter Jacobus Cats verwoordde:
’t Schijnt het wert dan eerst bekwaam
Als men ’t geeft een vreemde naam
’t Schijnt ’t krijgt slechts eerst sijn prijs
Als men dees en geen maakt wijs
Dattet van den Moren-lant
Of den Barbarije stamt.
Sommige gapers hebben een witte gelaatskleur, andere bruin of zwart, sommige zien eruit als sultans en soms zelfs als fantasie figuren. Eigenlijk is ‘gaper’ niet het correcte woord: de mond is wijd open, niet om te gapen, maar om het medicijn te slikken.
Veel apotheken in Nederland hebben gapers in de vorm van ‘morianen’ gehad. De gaper is een typische Nederlandse vorm van folklore. Behalve in Nederland en de grensstreken, zijn gapers elders in de wereld niet bekend. Gapers bij de voordeur als aanduiding voor een drogisterij verdwijnen langzaam uit ons straatbeeld.
Sinds 1500 waren er duizenden gapers in Nederland. Vandaag de dag zijn er nog maar 30 gapers over. De andere gapers zijn teloor gegaan door schade, gebrek aan onderhoud, vandalisme en diefstal. Veel gapers bevinden zich in privéverzamelingen of in musea. Het Nederlands Drogisterij Museum in Maarssen heeft een collectie van meer dan 150 gapers.