Een akte in het Gelders Archief getuigt van het overlijden van ene ‘Manille’ in Nijmegen, op 28 mei 1814. In de registratie van zijn overlijden staan geen ouders vermeld, wel dat hij 19 jaar is en afkomstig zou zijn uit ‘Macassar, Nederlands Oost-Indië.’ Manille is geen vrij man: hij wordt genoemd ‘gewezene lijfeigene van den Heere Richmond’.
Manille is hoogstwaarschijnlijk meegenomen uit Nederlands-Indië door Jan Christoffel Richemont, een militair afkomstig uit Amsterdam. Richemont treedt in 1803 in dienst bij de marine en vanaf 1807 dient hij als officier in het Koninklijk-Indisch Leger (KNIL). Hij is betrokken bij veldtochten in Cheribon, Bantam en Djocjacarta.
Het kwam vaker voor dat KNIL-officieren een ‘bediende’ meenamen uit de Oost, ook al was slavernij in Nederland bij wet verboden. Over de achtergrond van Manille weten we (nog) zeer weinig. Wat was zijn echte naam, onder welke omstandigheden werd hij meegenomen, en hoe kwam hij in Nijmegen terecht?