De inheemse Khoekhoe-bevolking moest herhaaldelijk verhuizen op de koloniale Kaap, van locatie veranderen of zelfs verhuizen naar plekken buiten de Kaap. Niettemin berichtten reizigers rond het einde van de zeventiende eeuw over een ‘Khoekhoe-kraal’ aan de rand van de Nederlandse nederzetting. Op een kaart uit ca. 1700 staat een zogenaamd ‘Hottentot-dorp’ (de denigrerende term die werd gebruikt voor de Khoekhoe-bevolking) op de hellingen van Signal Hill. Volgens historicus Karel Schoeman lag dit dorp ergens tussen wat nu Mouille Point en het Waterfront is, mogelijk waar nu het Green Point Urban Park ligt. Deze biodiversiteitstuin biedt een selectie van de unieke flora van Kaapstad. Je vindt er ongeveer driehonderd inheemse plantensoorten en informatie over het gebruik van deze planten door de Khoekhoe- en San volken. Het is bekend dat tot slaafgemaakten handeldreven met de bewoners van het Khoekhoedorp om brandhout te kopen. Khoekhoe-dorpen die verder van de stad lagen, waren zeer bereid om ontsnapte tot slaafgemaakten te verwelkomen en in hun gemeenschap op te nemen.