Vanaf de achttiende eeuw komt de term koloniale waren in zwang. In steeds meer Nederlandse steden zijn koloniale producten te koop, in eerste instantie vooral voor de elite. Meestal zijn dit producten die door slavenhanden zijn gezaaid en geoogst.
Suiker, koffie, thee en tabak zijn nu dagelijkse consumptie geworden en er is niets méér Nederlands dan koffie. De koffieplant wordt in de 17e eeuw vanuit Jemen door Nederlanders naar hun kolonies gebracht in Java, Celebes en Sumatra en in de 18e eeuw naar Suriname. Andere Europese koloniale mogendheden gaan dit ook doen waardoor koffie belangrijke Europese handelswaar wordt. De productie vindt plaats op koffieplantages met namen als Ma Retraite.
Dit hoekpand, pal naast Museum Prinsenhof, is in 1853 een winkel in koloniale waren van mej. De Groot. De gevelreclame verwijst naar koffie, thee en tabak. In 1956 wordt het aangekocht door aardewerkfabriek “De Porceleyne Fles” om een aardewerkwinkel te vestigen maar dat gaat niet door. Van 1972 tot 1982 is het de moderne vleugel van het Prinsenhof, met als naam De Volle Maan. Inmiddels is het een hotel.